Nieuws

Jaap de Zeeuw: “Een betrouwbare ui is voor de toekomst van de sector onmisbaar.”

  • 22 september 2017
  • Nieuws

Jaap de Zeeuw is vanaf de start én eigenlijk al daarvoor betrokken bij Uireka. Hij is teler in de Noordoostpolder en voorzitter van stichting Uienplatform. Opgericht om in collectief te werken aan kwaliteitsverbetering, waarbij de nadruk ligt op de teelt. Jaap de Zeeuw zet de ambitie van Uireka op scherp.

Krachten bundelen

“Met elkaar moeten we blijven werken aan de verbetering van de kwaliteit van de Nederlandse ui. Export naar nieuwe landen brengt nieuwe en zwaardere kwaliteitseisen met zich mee en onze uien zijn langer onderweg. Een betrouwbaar product is voor de toekomst van de sector onmisbaar. Om de kwaliteit te verbeteren heb je onderzoek nodig. Met stichting Uienplatform hebben we twee jaar onderzoek gedaan naar koprotbestrijding in een relatie tot gewasbeschermingsmiddelen. Daaruit bleek al snel dat middelen alleen geen oplossing zijn en er grootschalig onderzoek nodig is. Samen met Gijsbrecht Gunter (Voorzitter Holland Onion Association) hebben we de keten uitgenodigd om de krachten te bundelen. Er is een lijst opgesteld van problemen die er zijn, daaraan zijn verschillende werkgroep gekoppeld en Uireka was een feit. Met de cofinanciering vanuit het topsectorenbeleid onderstreept de overheid het belang van onderzoek.

Fusarium en koprot

Zelf neem ik deel aan twee werkgroepen: fusarium en koprot. De onvoorspelbaarheid van fusarium speelt de sector parten. Daarom ligt de focus van het onderzoek in 2017 op de ontwikkeling van de schimmel en de invloed van weersomstandigheden. Bij 100 telers zijn monsters genomen rond van de fusarium aantasting om in kaart te brengen welke fusariumschimmels voorkomen in de Nederlandse teeltgebieden.

Vroegtijdige inschatting van koprot

In de werkgroep koprot wordt gewerkt aan de ontwikkeling van een test die vroegtijdig de kans op koprot kan voorspellen. Een teler stuurt vlak voor de oogst een aantal uien naar het lab, daar wordt de ui beoordeeld en de teler heeft na twee dagen uitslag of hij wel of geen rekening moet houden met koprot. Hierdoor kan hij tijdig bijsturen. De test is er nog niet en vraagt om veel onderzoek. Vanuit telersperspectief ben ik kritisch, de foutmarge mag maximaal 2% zijn, om de kennis ook echt in de praktijk te benutten.

Onderzoek naar handelingsperspectief

Verder is de handelswijze van een boer op eigen bedrijf doorslaggevend voor de mate van kwaliteit. Interessant is natuurlijk waarom het de ene teler elk jaar opnieuw lukt een prima kwaliteit te leveren en waarom er bij een andere teler altijd wel iets mis is. Er is niet eerder grootschalig onderzoek gedaan naar de individuele teler, dat gaat nu wel gebeuren. Centraal staat of er een lijn te ontdekken is in handelen van een teler en de mate van kwaliteit.

Tastbare resultaten in januari

Als stuurgroeplid houd ik ook de grote lijnen in de gaten. Ik vind het belangrijk dat onderzoek in nauwe relatie staat met de praktijk en toepasbaar is voor individuele bedrijven. Over de resultaten van Uireka ben ik optimistisch en verwacht dan ook dat het een significante bijdrage gaat leveren aan kwaliteit van de Nederlandse ui. 10 januari is de Uiendag in Dronten, dan hoop ik dat Uireka de eerste tastbare resultaten naar buiten kan brengen.”