Bewaarverliezen monsters rassenonderzoek tussentijds gemeten
- 30 januari 2021
Sinds vorig jaar worden uienrassen binnen het Uireka-rassenonderzoek niet alleen beoordeeld op kenmerken als uniformiteit, hardheid, spruitrust, huidvastheid en vorm, maar wordt per ras ook het gewichtsverlies tijdens de bewaring gemeten. Dit gebeurt met een tussentijdse meting eind januari / begin februari en een meting aan het eind van de bewaring (medio mei). Afgelopen vrijdag 29 januari is onder verantwoordelijkheid van de werkgroep Rassenonderzoek door het UIKC de tussentijdse meting uitgevoerd. Aansluitend vond ook een beoordeling over de algemene indruk van de rassen plaats. Uitvoerend coördinator van de tussentijdse beoordeling Luc Remijn (UIKC): “Voor deze beoordeling hebben we ook, bij toerbeurt, de vertegenwoordigers van alle betrokken zaadbedrijven uitgenodigd zodat ook zij zich een – tussentijds – oordeel kunnen vormen van de eigen rassen en die van de concullega’s.”
Gewogen en beoordeeld zijn 26 rassen, zowel van het proefveld in Biddinghuizen als het proefveld in Colijnsplaat. De rassen van beide locaties toonden nogal verschillend. Luc Remijn: “De grond in Biddinghuizen is een stuk zwaarder als in Colijnsplaat en zijn daar ook onder mindere omstandigheden geoogst. Dit zie je nu terug in de kist.” Toch was de algemene indruk van de uien goed. Wel was er bij de uien uit Biddinghuizen wat meer sprake van bacteriedruk. Gelukkig had op beide locaties de MH-bespuiting goed uitgepakt en viel het met schot heel erg mee.
Medio mei worden alle rassen definitief uit de bewaring gehaald en wordt er uitgebreid aan de monsters gemeten en beoordeeld. Alle data die dit oplevert wordt verwerkt in de nieuwe rassenlijst die eind augustus weer beschikbaar komt.